zondag 29 augustus 2021

Vieze peuken en viespeuken

Vorige week wandelde ik door de Rhoonse Grienden met een oud-collega die ik meer dan veertig jaar geleden leerde kennen, maar die ik twintig jaar terug uit het oog verloor nadat hij een andere baan vond. Hij had me via de mail benaderd en tijdens onze mailwisseling daarna kwamen vooral lachwekkende situaties uit het donkergrijze verleden en bijzondere personen met wie we samenwerkten weer snel naar boven. Ook tijdens onze wandeling over smalle zigzag-paadjes tussen eindeloze rijen knotwilgen vertelden we elkaar niet alleen hoe het vandaag de dag met ons gaat, maar wisselden we vooral anekdotes uit over de periode dat we samenwerkten.

Daarbij realiseerden we ons hoe de tijden veranderd zijn, bijvoorbeeld toen we spraken over collega's die de hele dag door Gauloises-sigaretten rookten op de kamer, zonder dat je daar als niet-roker iets van 'mocht' zeggen. En dat ze die vieze peuken dan doofden door die in plastic bekertjes te laten vallen waar nog een bodempje koffie in stond. En altijd hing er dus de stank van sigaretten...

Maar over stank gesproken: ik had ooit een vrij bijzondere vrouwelijke collega, die wat natuur in de werkomgeving wilde brengen door een emmer met een moerasplant bij de ingang van onze kamer te zetten. Ik associeer natuur met iets moois, maar dit zag er niet uit en wanneer er iemand per abuis de plant aantikte tijdens het binnenkomen of verlaten van de kamer bewoog de aarde (drek) waar hij instond en ontsnapten zeer onaangenaam riekende moerasgassen uit de emmer. Maar goed, dat was tot daaraantoe. Ze had echter ook de eigenaardige gewoonte dat ze zo af en toe een scheet liet (!). De eerste keer dat het gebeurde leek het een ongelukje en had ze een vaag verhaal over een of andere ziekte. Ze zal niet de tijd hebben gehad om even naar de wc te lopen, dacht ik toen nog. Maar het kwam steeds vaker voor en ze geneerde zich er helemaal niet voor. Nu, meer dan twintig jaar later, liepen mijn wandelgenoot en ik te proesten van de lach over onze winderige ex-collega (eigenlijk is 'gieren' een betere woordkeus), maar het was natuurlijk te bizar voor woorden. Wanneer ze niet op de kamer was schudde ik de moerasplant even heen en weer, zodat ik die de schuld kon geven van de putlucht wanneer iemand anders de kamer zou binnenkomen.

En natuurlijk sprak ik haar er soms op aan, hoewel ze niet iemand was met wie je gemakkelijk kon communiceren. Het meest bijzondere antwoord dat ze me gaf was dat ze het wel jammer vond dat er in ons airco-gebouw geen raampje open kon!!!

Ach, het was een collega waarbij wel meer zaken niet zo lekker liepen. Het heeft ook allemaal niet lang geduurd voordat het haar duidelijk werd dat binnen onze organisatie geen toekomst voor haar lag. Ze ging op zoek naar een andere baan en ik moet het haar nageven: dat had ze gelukkig in een poep en een scheet geregeld!

zondag 15 augustus 2021

Veel en groot

Vandaag waren we op uitnodiging van mijn zwager en schoonzus in Roermond, omdat zij hun 30-jarige trouwdag vierden met een 'shop-wandeling' door het daar gevestigde Designer Outlet Center en een etentje ter afsluiting. Ter plaatse kwamen we er achter dat meer mensen het idee hadden gehad om een bezoekje te brengen aan het outlet-center. Let leek of half Nederland een acute behoefte had aan een al dan niet enigszins afgeprijsde Gucci-tas, Ralph Lauren-polo of geurtje van Armani.

Voor alle duidelijkheid: die behoefte hadden wij niet. Maar het is wel leuk om wat te slenteren door de mooie straatjes vol vrolijk gekleurde huisjes. En natuurlijk hebben we wel wát spulletjes gekocht en hebben we wat gedronken, terwijl we almaar mensen met grote tassen met veel spullen voorbij zagen komen.

Aan het eind van de middag verhuisden we naar het naast het outlet-center gelegen Schnitzel-paradies. We ontdekten dit eetparadijs negen jaar geleden, toen we bij het vlakbij Roermond gelegen Belfeld kampeerden. Het is een kopie van een Oostenrijkse Gaststätte, waarop de woorden 'groß' en 'viel' erg van toepassing zijn. Schnitzels die variëren van groot naar heel groot en zelfs enorm, grote pullen drank en forse schalen met frites, wedges en salades. 

Om een indicatie te geven: niet alleen Wilma en ikzelf, maar zelfs Bastiaan zei geen behoefte te hebben aan een nagerecht, omdat hij nokkie-nokkie zat (iets waar hij later overigens op terugkwam toen hij het ijs en de wafels op tafel zag verschijnen die de anderen hadden besteld).

Voor we naar de auto liepen om aan de een-uur-en-drie-kwartier-durende terugrit te beginnen zocht ik nog even het toilet op. Want een strakke veiligheidsgordel combineert niet zo goed met een gevulde blaas. En zeker niet met hoeveelheden (radler)bier en cola die zó groot zijn. Maar toen ik bij het urinoir aanschoof schrok ik. Want wat bleek? Ze moeten er in het Paradies blijkbaar aan wennen dat er zaken zijn die (iets) minder groß sind...!

zondag 1 augustus 2021

Over de IJssel

Op het moment dat wij twee weken terug in Molecatenpark De Leemkule in het Gelderse Hattem aankwamen stonden de media bol van berichten over de rampzalige situatie in Limburg, Duitsland en België als gevolg van de overstromingen daar. Nadat ik - zittend in het vriendelijke ochtendzonnetje - de krant opende zag ik dag na dag beelden van blank staande straten en verwoeste huizen in en vlakbij het uiterste zuiden van ons kleine landje. Wat een contrast: de ellende daar en het zorgeloze zomerweer bij ons. En vooral: wat verschrikkelijk voor de mensen daar...

Fietsend naar Zwolle voor een paar boodschapjes moesten we de rivier over (want die Hanzestad ligt over de IJssel, in een provincie die we Overijssel hebben genoemd). Vanaf het fietspad aan de zijkant van de treinbrug hadden we een schitterend uitzicht op de rivier, die veel breder was dan ik vooraf had vermoed. Maar pas nadat ik middenin het water een onbemand pontje zag liggen viel bij mij het kwartje en realiseerde ik me dat hier een enorm gebied was ondergelopen. Veel van het water dat in en bij het zuiden van ons land was gevallen stroomde nu via deze (vaar)weg richting het IJsselmeer...

De volgende dag ontving Wilma een berichtje van haar vriendin met de vraag of we geen last hadden van het water. Twee dagen nadat we in Hattem waren aangekomen was het plaatsje prompt landelijk nieuws omdat er een dijk was doorgebroken! Ik googelde wat en ontdekte dat de dijkdoorbraak hemelsbreed niet ver van ons vandaan was. Maar de camping waar we zijn ligt hoog en uit de berichten maakte ik op dat er sowieso nabij de dijk geen noemenswaardige schade was.

‘s Middags besloten Bastiaan en ik een kijkje te gaan nemen bij de doorgebroken dijk. Puur uit nieuwsgierigheid. Dus denk nou niet dat ik een ramptoerist ben. We merkten ter plaatse al gauw dat er allerminst sprake was van een crisissituatie. Vanaf een afstandje zagen we dat in een ondergelopen weiland een hijskraampje een zomerdijk repareerde en dat er een paar mensen met zandzakken in de weer waren. Vlakbij ons banjerden wat koeien gemoedelijk door een laagje water. Ook zij vonden dit écht geen ramp, want ze leken het heerlijk te vinden om zo wat verkoeling te krijgen.

Gelukkig maar. Want ik hou er niet van om oude koeien uit een sloot te halen dus sjouw er liever ook geen uit een rivier.