donderdag 30 april 2009

Geluiden

Deze week was ik een paar dagen met Bastiaan in Duitsland om Movie Park Germany te bezoeken. Wilma bleef thuis; zij heeft niet zo veel met zwieren en zwaaien in achtbanen en andere maagomkerende apparaten. We hebben ons prima vermaakt. Omdat het in Duistland geen vakantie-week was, was het vrij rustig in het pretpark. Nergens stonden rijen en van elke attractie konden we zo veel gebruik maken als we wilden. En - in tegenstelling tot de verwachtingen - werkte ook het weer mee! Alleen maar positieve geluiden dus.

Over geluiden gesproken. Na een wandeling door het enorme winkelcentrum CenterO in Oberhausen besloten we in een Chinees restaurant een hapje te gaan eten. En ja, bij chinees eten is het laten van een boer(tje) onvermijdelijk... Ik legde Bastiaan uit dat je dat zachtjes, met de hand voor je mond moet doen en vertelde daarbij ook dat chinesen zélf het boeren tijdens en na de maaltijd zelfs zien als een compliment. Ze geven daarmee aan dat het hen smaakt...

Even later maakte Bastiaan een droge opmerking toen ik nét een slok bier nam. Ik verslikte me vanwege het lachen en - ik zal de details besparen - proestte het uit. Bas keek me verontrust aan en vroeg zich af of dat soort geluiden ook zijn toegestaan in een chinees restaurant, terwijl ik met een servetje het gemorste bier van de tafel depte en beschaamd rond me heen keek.

Toen we later weer terugreisden naar Nederland liep ik op het station met mijn koffer op wieltjes over zo'n witte, geribbelde 'blindentegel' heen. Dat maakte een vreemd, laat ik zeggen rommelend geluid. Iets van 'prrrr..' hoorden we van onderen komen...
'Zo!! gaat het?' riep Bastiaan tegen me, zich blijkbaar afvragend hoe het toch komt dat zijn vader zich nu voor geen enkel geluidje meer schaamt...

donderdag 23 april 2009

Hobby

Bij een quiz op TV wordt aan kandidaten bijna altijd de vraag gesteld wat hun hobby's zijn. Antwoorden als wandelen, wintersporten of voetbal kijken begrijp ik dan, maar soms hoor je ook hobby's waarvan ik me afvraag hoe men daar in godsnaam aan komt en wat er de lol van is. Een kathedraal bouwen van luciferhoutjes of het plafond van de Sixtijnse Kapel naschilderen in miniatuur ofzo...

Klussen hoor je ook vaak als antwoord. Nou geloof ik niet dat ik dat ook meteen als m'n grote hobby zou noemen, maar klussen kan inderdaad best leuk zijn. Als alles een beetje mee zit tenminste. En ‘meezitten’ doet het natuurlijk niet altijd. Er zijn ook van die dagen dat niets lukt; waarschijnlijk ligt dat gewoon aan mezelf, hoor… dan werk ik gewoon te slordig en te weinig geconcentreerd. Ik denk dat iedereen dat wel herkent. Het doet zich met name voor bij klusjes waarbij je vooraf denkt ‘dat doe ik effe’ (tegenwoordig moet je geloof ik ‘ff’ schrijven). Even een gaatje boren in de muur bijvoorbeeld, voor dat fotolijstje. Dan heb ik eigenlijk niet de goede boor bij me en vraag ik me vantevoren al af of het wel het juiste plugje en haakje is, maar begin ik toch maar met het klusje… Of je weet dat je met je boormachine eigenlijk niet goed recht voor de muur staat, maar ja.. om nou eerst dat kastje te verplaatsen dat in de weg staat… ik doe het wel even, ookal sta ik er schuin voor.

Resultaat van dat geklungel: een te groot of te scheef gat voor het plugje. Dan kan ik wel weer een ander, groter plugje gaan zoeken, maar gelukkig zijn er ook lucifers waarmee je het plugje alsnog vast in de muur kan bevestigen. Het komt er eigenlijk op neer dat ik wat hobby’s combineer. Wanneer we een aantal jaren en klussen verder zijn heb ik dankzij mijn boorkunsten in feite ook bijna een heel huis van lucifers gebouwd.

donderdag 16 april 2009

Foute grapjes

Een paar dagen na de recente aardbeving in Italië maakte Berlusconi een vergelijking tussen de overlevenden die in tentenkampen zitten en gasten op een camping. Die grappig bedoelde opmerking viel niet echt in goede (nog naschokken vertonende) aarde. Gesteld werd dat je zo’n grapje in de kroeg zou kunnen maken, maar dat dat gedrag niet hoort bij een politicus.

Gisteren mocht ik de nieuwe Rotterdamse burgemeester Aboutaleb het een en ander vertellen over milieukwesties. Tijdens de voorbereiding probeerde ik me vanzelfsprekend een voorstelling te maken van zijn voorkennis. Zo zal hij - gezien zijn Marokkaanse achtergrond - wellicht toch anders tegen milieuproblemen aankijken dan de gemiddelde Nederlander. Ik kan me voorstellen dat hij bij de term ‘fijn stof’ niet in eerste instantie denkt aan hetgeen uit een uitlaat komt, maar aan droge Marokkaanse zandgronden. En het bergdorpje waar hij is geboren zal niet snel last krijgen van de stijging van het zeewater door het broeikaseffect. Dat soort dingen zit dan toch een beetje in je achterhoofd…

Het bleek een uiterst prettige, geïnteresseerde en geestige man. Zo deed hij, toen ik het over zalm in de (schone) rivieren had, of hij dacht dat ik het over de vroegere minister van financiën had en grapte hij over plaatjes in mijn presentatie die gingen over gezondheid.

Toen ik kort wat uitlegde over de Rotterdamse maatregelen om binnenvaartschepen gebruik te laten maken van walstroom (zodat ze na het aanmeren hun stinkende en herrieproducerende motoren kunnen uitzetten) zei hij dit een prima zaak te vinden. Nu was het tijd voor een kwinkslag van mij. ’Ja, met zo’n stekker en zo’n kastje net als op de camping’ zei ik, waarbij ik me even niet had afgevraagd of Marokkanen zich iets bij onze manier van kamperen kunnen voorstellen.

‘Ai’, dacht ik erna, nu ga ik zelf ook al grapjes over campings maken in het bijzijn van politici.

donderdag 9 april 2009

Thuiswerken

Ik las laatst in de krant dat twee-derde van de werknemers niet kan thuiswerken omdat hun baan dit niet toelaat en dat - als thuiswerken wel kan - dat in een kwart van de gevallen niet mag van de baas. Op mijn werk komt thuiswerken ook slechts sporadisch voor. Maar daar waar ik er in het verleden wel eens gebruik van heb gemaakt, was dat naar volle tevredenheid. Als er een klus is die af moet, gaat dat vaak veel sneller thuis achter de pc.

Vorige week was het weer eens zo ver. Na een privéfspraak aan het begin van de middag had het geen enkele zin meer om weer helemaal terug te gaan naar kantoor. Maar ik wilde wel zo snel mogelijk het verslag maken van een overleg waarvan ik die ochtend zowel voorzitter als secretaris was geweest (toch iets niet goed geregeld dus…).

Vanwege het fraaie weer en omdat ik tegenwoordig ‘Word’ op m’n smartphone heb, was ik met een pak aantekeningen lekker in de tuin gaan zitten en voortvarend met het verslag aan de slag gegaan. Toen Wilma en Bastiaan even later thuiskwamen en mij in de achtertuin in het zonnetje zagen zitten riep Wilma meteen ‘dat is geen werken hoor!’, waarna ik een kinderstemmetje hoorde antwoorden ‘jawel hoor, pappa werkt aan een kleurtje!’

donderdag 2 april 2009

Kinderprobleempjes

Mijn collega’s en ik hebben vrijwel allemaal kinderen met de ‘Basisschool-leeftijd’ en het wel en wee van ons nageslacht is een vaak terugkerend gespreksonderwerp. Natuurlijk zijn we vooral trots en komen leuke voorvallen en slimme opmerkingen aan de orde, maar soms ook komen meer serieuze zaken aan bod. Kinderen die niets lusten, kinderen die te laat gaan slapen, kinderen bij wie je tien keer moet herhalen dat ze hun schoenen aan moeten gaan doen… dat soort dingen.
Toen ik laatst Bastiaan naar bed bracht besprak ik met hem – eigenlijk min of meer voor de gein - zo’n ‘kinderprobleempje’ en vroeg ik hem hoe dat volgens hem, als generatiegenoot, te verhelpen was.

‘Nou ik weet wel wat ik in dat geval zou doen als ik een van de ouders was hoor pa’, zei hij. ‘Ik zou kontakt opnemen met dr. Phil !’