donderdag 9 augustus 2018

Fietsen en onthaasten

Ondanks de hitte fietste ik vorige week door Duitsland, België en Nederland. Daarbij gebiedt de eerlijkheid me te zeggen dat ik dit jaar kampeer op het smalste stukje van Nederland; in Echt, vlakbij Roermond. En vlakbij plaatsjes als Thorn (het witte dorp) en Ohé en Laak, liggend bij grote waterpartijen langs de Maas. Wat een mooi stukje Nederland is dat! Het voelde alsof de tijd er decennia heeft stilgestaan. Ergens onderweg kwam ik erachter dat de route naar België eindigde bij een pontje, dat fietsers en wandelaars de grens overzette. Omdat ik de bui al zag hangen (spreekwoord uit de tijd dat het nog wel eens regende) vroeg ik een man en vrouw die mij tegemoet kwamen fietsen of je op het pontje contant moest afrekenen. Dat bleek het geval, en omdat ik zelden los geld bij me heb (en op dat punt hardleers ben) wilde ik al rechtsomkeert maken toen de man me zei dat hij mijn overtocht wel zou betalen. Ik stribbelde nog tegen (hoeft niet, niet nodig hoor etc..), maar zijn vrouw dook al in haar portemonnae en stond erop dat ik het geld van haar aannam.

Van dat soort dingen wordt een mens toch blij!? Steeds meer daalde het vakantiegevoel op me neer. En bovendien bleek het samen met andere fietsers en wandelaars wachten op het ‘grens-pontje’ het ultieme onthaast-remedium.


Want dat onthaast-gevoel was ‘s morgens nog niet bij me aanwezig geweest. Toen de thermometer hard op weg was om de 37 graden aan te tikken had ik besloten om naar het dorp te wandelen om een fiets te huren. Het advies van Wilma om dat met deze temperaturen niet te doen had ik in de wind geslagen (spreekwoord uit de tijd dat het nog wel eens waaide), dus zo’n twintig minuten later stond ik in de Profile-fietswinkel te wachten tot ik aan de beurt was. En dat wachten duurde lang, want de verkoper stond uitgebreid uit te leggen hoe de net verkochte E-bike werkte en de verkoopster was aan een jong stel met klein kind een kinderfietsje aan het verkopen. Een derde medewerker stond onverstoorbaar aan een aan het plafond gehangen fiets te sleutelen, maar toen hij me na een half uur nog altijd zag staan wachten besloot hij naar me toe te lopen. 

‘Ik wil graag voor een dag een fiets huren’, zei ik hem, waarop hij vriendelijk doch beslist antwoordde dat ik dan toch echt bij de kinderfiets-verkoopster moest zijn. Ik ging er dus maar even bij zitten, en terwijl ik onder m’n shirt de straaltjes zweet over m’n rug voelde glijden bekroop mij een ‘dag-man-achter-het loket’-gevoel. U weet wel, die Wim Sonneveld-sketch waarin een postzegelverkoper een klant onnodig veel vragen stelt over het soort zegel dat de klant wenst (kleur, grootte, soort afbeelding) en of hij hem nog met iets anders van dienst kan zijn. Deze fietsverkoopster deed daar voor mijn gevoel nog eens een schepje bovenop, overigens tot volle tevredenheid van het kind en haar ouders. Het ging wel een kwartier over de kleur en het patroon van snelbinders en daarna net zo lang over de soort bel, over het slot en ga maar door. 
Deze ongeduldige randstedeling zat zich op te vreten, want vond het doodzonde van z’n schaarse vakantietijd. Ik besloot daarom eerst maar wat andere boodschapjes te gaan doen, een stukje verderop. 

Maar toen ik een half uur later terugkwam bleek de situatie nog nauwelijks te zijn veranderd... De verkoper was nog niet klaar met de uitleg over de E-bike, de sleutelaar sleutelde rustig verder en de kinderfietsverkoopster legde uit hoe de rem werkte en vroeg of het zadel nog op een andere hoogte moest worden gezet. Ik besloot dus maar weer te gaan zitten en er restte me niets anders dan me maar aan het Limburgse tempo aan te passen. 

Toen ik eindelijk aan de beurt was verontschuldigde de verkoopster zich voor het feit dat het zo lang had geduurd. ‘Maar ik vind het altijd zo’n feestje wanneer zo’n kind een fiets van haar ouders krijgt. En zag u hoe blij ze ermee was?’ Ik gaf ze gelijk er draaide - zonder dat ik het liet merken - helemaal bij. ‘Ik zag het mevrouw, en dat lange wachten is geen enkel punt hoor. Ik heb vakantie dus heb alle tijd!’


Ondertussen realiseerde ik me dat Dumoulin ook uit deze streek komt. Misschien heeft deze mevrouw hem destijds wel z’n eerste fietsje verkocht. En als die ongeduldige klant die toen stond te wachten iets meer geduld had gehad, had ze duidelijker kunnen uitleggen hoe de versnellingen werkten en was hij in 2018 misschien wel Tour-winnaar geworden...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten