In tegenstelling tot de meeste van mijn leeftijdgenoten vind ik het nog altijd heerlijk om met een noodgang door loopings en kurkentrekkers gejaagd te worden. En Asterix-strips hebben (naast de fantastische verhalen en schitterende tekeningen) nou eenmaal veel meer diepgang en humor dan ik in m’n jeugd kon vermoeden...
En wat doe je dan wanneer je zoon, die ook van pretparken en stripboeken houdt, voor zijn middelbare school-diploma slaagt? Dan boek je voor twee nachtjes een hotelletje net ten noorden van Parijs en breng je samen een bezoek aan Parc Asterix! Niet om daar met als Asterix en Obelix verklede figuranten op de foto te gaan (want dat is wél alleen leuk voor kinderen), maar vooral om de vele achtbanen waarvan het pretpark bekend staat te bezoeken en om te proberen om iets van het sfeertje van de boeken te ervaren.
Dat van die achtbanen lukte zeker. Omdat het niet al te druk was passeerden we in rap tempo bordjes waarop was aangegeven dat het vanaf dat punt nog 90, 60, 45 of 30 minuten wachten was voor we in een karretje konden stappen om te worden gelanceerd.
Dé topper was de in Egyptische sferen vormgegeven Oziris, maar ook de houten Tonnerre de Zeus en de Goudunrix lieten ons alle hoeken van het park zien. Een park dat overigens schitterend is vormgegeven. Het kan wedijveren met De Efteling of Disney, maar het is natuurlijk wel een stuk kleiner dan die laatste. Al moet ik bekennen dat we ons zo op de achtbanen hadden gericht dat we aan veel andere attracties niet zijn toegekomen.
We hebben bijvoorbeeld geen attracties met everzwijnen gezien of met een druïde met een ketel vol toverdrank. Maar ook zonder magische krachten uit de Romeinse tijd hebben we genoten. En dat is maar goed ook, want als vandaag de dag iemand roept dat hij toverkracht heeft bestaat er - in deze ‘me-too-tijd’ - een grote kans dat To dat tegen hem gebruikt als bewijslast...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten