Laatst had ik het met Bastiaan over een aantal 'onschuldige' oude stripboeken van Wilma en mij, die op de vliering lagen en waarschijnlijk wel leuk zouden zijn voor een tien-jarige. Ik wist dat er het een en ander van Guust Flater zou liggen, maar ook Jan, Jans en de Kinderen zijn ooit met z’n allen op onze vliering beland.Terwijl ik de vlieringtrap naar beneden vouwde herinnerde ik me de ‘glunderende gluurder-strip’ die – zo vermoedde ik – tussen de stapel nette strips was terechtgekomen. Op de vliering aangekomen riep ik ‘even wachten hoor’ naar Bastiaan, pakte ik de sexparodie en legde hem snel onder een kartonnen doos. En nadat ik de vlieringtrap weer was afgedaald mocht nu mijn zoon hem bestijgen.
Al snel hoorde ik ‘hé pap, wat is dit nou voor een rare Suske en Wiske?’, waarna ik verbaasd het trapje weer op-stiefelde. Ai, da’s waar ook… ook Wilma had destijds in haar jeugdige onbezonnenheid zo’n ‘gluurder’ gekocht. Toen we halverwege de jaren tachtig gingen samenwonen bleken we veel boeken dubbel te hebben; ook deze! ‘Leg maar weg’, zei ik snel, ‘die is niet voor kinderen’. Dat deed Bastiaan. Wel vroeg hij me later ‘maar pap, wat zag ik nou voor plaatje op de kaft?’.
Met een of andere rotsmoes heb ik me eruit gered. Maar ik voelde mij even een Betrapte Belhamel tegenover mijn Nieuwsgierige Nageslacht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten