donderdag 29 oktober 2009

Afrekenen

Ver voor zonsopkomst tankte ik bij het Shell-station in Rotterdam Delfshaven. Na te hebben afgerekend stapte ik -terwijl het nog pikkedonker was en het pijpenstelen regende- in m'n auto en wilde ik wegrijden. Een donkerkleurige man, met z'n capuchon over z'n hoofd getrokken, tikte op m'n zijruit. Ik schrok en in eerste instantie negeerde ik hem. Je weet maar nooit in deze buurt, die bekend staat om z'n drugsdealers en pooiers. Maar ik moest wachten omdat ik de drukke straat nog niet op kon. Nogmaals tikte hij op het raam en toen ik het opende gaf hij me mijn portemonnee, die ik op de balie van het tankstation had laten liggen.
Wat voelde ik me lullig. Ik pakte m'n portemonnee aan en bedankte hem. Maar achteraf realiseerde ik me dat ik dat best wat vluchtig deed - verbouwereerd als ik was. Op kantoor aangekomen checkte ik nog of er niks uit was gehaald. Maar nee hoor, al m'n geld en pasjes zaten er nog in.

Zo zie je maar, de wereld is niet zo slecht als de kranten ons willen doen geloven. Wel moet ik beter op m'n spullen letten bij het afrekenen. En laat ik ook maar eens snel met een aantal vooroordelen afrekenen...

donderdag 22 oktober 2009

Toeoeoet

Afgelopen weekend organiseerden mijn ouders een High Tea in ‘Het Zalmhuis’ aan de Maas. En bij zo’n gelegenheid komen al gauw enkele leuke anekdotes uit het verleden ter sprake.
Zoals die van mijn zus en zwager, die op een koude winternacht heerlijk lagen te slapen toen ineens - vanaf het ene op het andere moment – keihard aan één stuk door de claxon van hun auto klonk. TOEOEOOEOEOEOET !!! en dat zonder ophouden...!

Omdat niet duidelijk was wat de oorzaak was, stapte mijn zwager - enigszins van de schrik bekomen – de auto in en besloot hij maar te gaan rijden. Stapvoets, dat wel, want het was erg glad…

Langzaam hoorde mijn zus de auto, nog altijd onafgebroken luid toeterend, de wijk uitrijden.
De paar mensen die m’n zwager midden in de nacht passeerde keken zacht gezegd wat verbaasd. Wat bezielt een mens om midden in deze ijskoude winternacht luid toeterend door een woonwijk te rijden !? M’n zwager voelde zich natuurlijk flink opgelaten en haalde maar wat z’n schouders op als een soort van ‘sorrie, ik weet ook niet wat ik hiermee aan moet!’

Tsja, ik zou het zelf eigenlijk zo gauw ook niet weten… Pas een hele poos later, toen alle hersencellen weer een beetje wakker waren geworden, kwam m’n zwager op het prima idee om de accu los te koppelen en hield het toeteren op.

Maar voor het zo ver was had hij de politie gebeld om te vragen of zij een idee hadden wat hij moest doen. De garages waren op dit tijdstip immers allemaal dicht. En terwijl m’n zwager alles door de telefoon aan het uitleggen was, antwoorde de agent ‘ik kan u slecht verstaan, kunt u misschien uw claxon even uitzetten!!’.

donderdag 15 oktober 2009

Wens

Wanneer ik afgelopen zomer over de camping in Olonnes-sur-Mer langs de kampeerplekjes schuifelde, zag ik met enige regelmaat kinderen voorovergebogen naar een schermpje van een Nintendo DS zitten staren. Ook Bastiaan en z'n neefjes hadden zo af en toe een DS-uurtje. Ze gaan dan helemaal op in het spel. Met verbeten koppies en vaak met de tong uit de mond werd menige strijd tussen Super Mario en zijn broer Luigi gestreden.

'Weet je pap' zei Bas op een gegeven moment tegen mij, toen ik hem naar bed bracht. 'Als ik een wens zou mogen doen... of nee... als ik twee wensen zou mogen doen, weet je hoe die dan zouden luiden?' Ik had werkelijk geen enkel idee, dus keek hem vragend aan. 'Dat Mario en Luigi echt zouden zijn én wereldvrede!!'

Ik denk dat ik wel weet wat hij gezegd had als hij maar één wens zou mogen doen. En mocht ik het mis hebben, dan kan mijn zoon zo meedoen met een Mister World-verkiezing ...

donderdag 8 oktober 2009

Vissen

Een vader is pas een échte vader wanneer hij met zijn zoon is wezen vissen. Dus gingen we vorige week zondag, gewapend met een hengel en aas, naar de vijver bij ons in de buurt. Onderweg erheen dacht ik aan hoe ikzelf destijds als klein jochie met m'n vader ging vissen. Voor zover ik me herinner is dat overigens niet zo vaak gebeurd en het heeft zeker nooit veel vis opgeleverd. Wel weet ik nog dat m'n zus, toen we net bij een visstekje waren aangekomen, meteen het schepnet pakte en riep 'pa, ik begin alvast'. En misschien was het wel op dezelfde dag dat we uiteindelijk beet hadden, maar dat de vis blijkbaar zo sterk was dat de vislijn brak. Wij kinderen raakten daarvan flink overstuur omdat we onze dobber tijdenlang rondjes achter de vis aan zagen 'zwemmen' in het water. Ook was een visdagje in regenachtig Luxemburg ooit zo gezapig dat m'n vader van een rots af in het water sprong, waarbij hij - hard roepend - net deed of hij er met kleding enal in viel. Maar daar houden de visherinneringen uit mijn jeugd zo ongeveer wel bij op.

Bij de vijver aangekomen bleek danook dat er geen 'vis-gen' in mijn lichaam zit. Tijdenlang heb ik zitten klooien met de vislijn, de dobber en het aas (dat telkens van het haakje afsodemieterde). Uiteindelijk heeft Bastiaan even kunnen vissen, maar natuurlijk vingen we niets. Dus hebben we het brood maar aan de eendjes en zwanen gevoerd.
Ik vind bij nader inzien dat wanneer je met je kind de eendjes brood geeft, je ook wel een 'echte vader' bent...

donderdag 1 oktober 2009

Oude koe

Vrijdag aan het eind van de middag stonden ze er weer, verdekt opgesteld achter bosjes langs de Maasboulevard. Een hele politiemacht was opgetrommeld om mensen die na de vrijdagmiddagborrel op het werk met een slok te veel op achter het stuur waren gaan zitten bij de kraag te grijpen.

En dat op de dag dat Wilders-vriend Hero Brinkman de krant had gehaald omdat hij met dronkemansgedrag had laten zien dat ook autochtone Nederlanders over de schreef kunnen gaan. De krant noemde ook nog andere politici die ooit te diep in het glaasje hadden gekeken. Toen ik daarbij ook de naam van Lubbers had zien staan, die ergens in de jaren zeventig in benevelde toestand tegen een paaltje was gereden, dacht ik bij mezelf nog 'wat lullig voor die man dat ze die ouwe koeien weer uit de sloot halen'.
Ikzelf vreesde de alcoholcontrole trouwens niet. Ik had niet gedronken en was bovendien op de fiets. Een fietser controleren ze niet zo snel, tenzij die vreemde capriolen uithaalt die op dronkenschap kunnen wijzen.

Daarover gesproken: drie minuten voor ik de alcoholcontrole ontdekte, maakte - net nadat ik onder de Willemsbrug was doorgefietst - een fietser voor me een enorme slingerbeweging, waarbij hij helemaal op de tegemoetkomende kant van het fietspad terecht kwam. 'Oppassen', dacht ik, 'die heeft misschien te veel gedronken en straks val ik languit over hem heen'. Het was een man met wat warrig grijs haar, in een streepjespak op een vrij oude fiets. Ik fietste bewust met een wijde bocht om hem heen, keek naar zijn gezicht en herkende hem. Ruud Lubbers himself !
Vond ik eerder op de dag nog dat het AD oude koeien uit de sloot haalde, nu scheelde het niet veel of ik had een oud-ministerpresident uit de Maas kunnen halen...

O ja, tuut-tuut-tuut, de groetjes van Ruud!